Bloedvatproblemen: vernauwing van de bekkenslagader

Door:
Dr. Goof Schep †, Sportarts Máxima Medisch Centrum
Dr. Martijn van Hooff, Bewegingswetenschapper Máxima Medisch Centrum

In het kort:

  • Vernauwing (door afknelling) van de bekkenslagader komt vooral voor bij wielrenners, schaatsers en triatleten die zeer intensief en vaak sporten met de heup in gebogen houding. Soms komt het ook voor bij lange afstandslopers of roeiers.
  • Bij vroege herkenning is aanpassing van sport en/of sporthouding (heuphoek groter maken) vaak een goede oplossing.
  • Klachten bestaan uit pijn en/of krachtsverlies in het been bij sporten boven een bepaalde intensiteit. We noemen dit de klachtdrempel. Deze klachtdrempel kan je uitdrukken in fietssnelheid, hartslag of vermogen gemeten met vermogensmeter. Typisch is dat het wat snel overgaat bij minder hard sporten.
  • Er is een self-check ontwikkeld die je kunt gebruiken als je beenklachten hebt. Hiermee schat je het risico in op vernauwing of afknelling van de bekkenslagader als oorzaak van je klachten.
  • Bij ernstige afknelling op vernauwing is een operatie van de bekkenslagader mogelijk.
  • Zo’n twintig procent van de beroepswielrenners krijgt tijdens zijn/haar carrière klachten wegens een bloedvatprobleem aan de bekkenslagader en heeft behandeling/advies nodig. Bij recreatieve fietsers is onbekend hoe vaak het voorkomt. Fietsers die meer dan vijf jaar meer dan vijf uur per week fietsen lopen echter al risico.

Wat is een vernauwing/afknelling van de bekkenslagader?

Je bekkenslagader zorgt voor de toevoer van bloed en daarmee van zuurstof naar je beenspieren. Door de gebogen positie op de fiets of in schaatshouding in combinatie met de vele omwentelingen die je been maakt, kan de bekkenslagader telkens een ‘knik’ maken. Vergelijk het met een tuinslag die je afknikt, het water kan er dan minder goed door en de stroomsnelheid van het water neemt toe. Bij zware inspanning zorgt het dan voor tekort schieten van  de bloedtoevoer. Op den duur kan dit ook nog leiden tot schade aan de slagader.

Een slechte doorstroming van het bloed in de slagader leidt tot een zuurstoftekort in de beenspieren en daarmee het gevoel van snellere verzuring. Dit merk je aan klachten als krachtsverlies en pijn in je beenspieren. Vaak is het ene been meer aangedaan dan het andere en kenmerkend is dan dat het ene been sneller het gevoel van verzuring geeft dan het andere. De klachten verdwijnen bijna altijd binnen een paar minuten rust en kunnen bij vaak in een paar minuten weer worden opgewekt wanneer je fietst boven ‘de klachtdrempel’. Vaak ervaar je niet de klachten heel lokaal in één spier (zoals bij een spierblessure), maar doen meerdere spieren mee.

Dergelijke klachten passen typisch bij een vaatprobleem. Maar, ze kunnen ook door een heleboel andere oorzaken komen. Belangrijk is dus om uit te zoeken wat er werkelijk speelt en wat hiervoor de beste aanpak is. Een bloedvatprobleem is meestal niet het eerste waar een zorgprofessional bij deze symptomen bij verder gezonde sporters aan denkt. Zowel voor sporters als zorgverleners is daarom een self-check ontwikkeld die helpt om te bepalen of een vaatprobleem waarschijnlijk is en als dat zo is wat de beste aanpak is.

De gemiddelde sporter met een bloedvatprobleem heeft ongeveer 45.000 km gefietst met zijn klachten en meerdere hulpverleners geraadpleegd voor de diagnose gesteld werd. Zonde. Hoe langer het duurt voordat je actie onderneemt, hoe groter dan kans op blijvende schade aan de slagader. Bij vroege herkenning kan aanpassing van sport en/of houding of materiaal (bijvoorbeeld je fiets) een goede oplossing zijn en/of kan met minder ingrijpende operatie volstaan worden.

fiets ader1 fiets ader2

 

Voorkomen van een (verdere) vernauwing en/of afknelling van de bekkenslagader

  • Minder trainingsuren.
  • Minder diepe zit op de fiets (stuur omhoog, zadel naar voren, kortere cranks).
  • Een andere fiets (hybride/stadsfiets, eventueel met vlinderstuur); Geen trekbeweging aan de trappers maar alleen duwbeweging vanuit de benen.
  • Meer rechtop schaatsen, in de zwaaifase een grote cirkel maken (de heup strekt zich dan meer uit)
  • Vooral bij beenklachten verdacht voor vaatprobleem vaststellen of dit al dan niet een vaatprobleem is en zo nodig passende maatregelen nemen om erger te voorkomen en/of operatieve behandeling.

Indien de diagnose gesteld is:

 

  • Training aanpassen zodat klachten minder opgewekt worden. Dit kan door duurtraining te doen op een niveau beneden de klacht drempel. Ook is korte intervaltraining mogelijk met 30-60 seconden hoge belasting en daarna bijvoorbeeld 30 seconden rustfase wat in series van 5-10 herhaald kan worden. Intervaltraining met tijdsduur tussen 3 en 15 minuten is af te raden omdat dat juist het meest klachten veroorzaakt. Trainingsaanpassing kan veel effect hebben op de ervaren klachten. Dit omdat sporten met een vaatprobleem boven de pijndrempel veel extra klachten van overbelasting het been kan veroorzaken wat nog dagen aan kan houden.
  • De heuphoek vergroten tijdens sporten
  • Stoppen met de sport die de problemen veroorzaakt.

Deze maatregelen hebben natuurlijk veel impact op je sportbeoefening. Als er geen vaatprobleem is, zijn ze waarschijnlijk niet van toepassing. Doe daarom de self-check en laat je klachten zo nodig onderzoeken bij de zorgprofessional die geadviseerd wordt om te weten wat voor jou de beste aanpak is.

 

 

Operatieve behandeling?

  • Is aanpassing van de houding of het materiaal niet voldoende? En is de afknelling zeer ernstig? Dan kan een operatie tot de mogelijkheden behoren.
  • In het beginstadium vaatproblemen wordt de bekkenslagader operatief losgemaakt van het onderliggende weefsel.
  • In latere stadia kan het nodig zijn om een ingrijpender vaatreconstructie te doen. Dit wil zeggen dat de slagader niet alleen los wordt gemaakt, maar dat de slagader ook gerepareerd wordt. Bij een te lange bekkenslagader wordt de slagader ingekort. Heeft zich littekenweefsel gevormd in de slagader, dan wordt de slagader wijder gemaakt door het inhechten van een stuk beenader. Deze vaatreconstructies brengen meer risico's met zich mee.
  • Niet alleen het onderzoek maar ook de operatieve behandeling van deze vaatproblemen is hoog gespecialiseerd maatwerk en vindt in Nederland alleen plaats in Máxima Medisch centrum Veldhoven.

 

| Dr. Martijn van Hooff

Beweegwetenschapper
Máxima MC

| Edwin Achterberg

Sportarts
Máxima MC

 
| Paul Schreuder

Sportarts
Máxima MC

 
| Dr. Goof Schep †

Sportarts
Máxima MC

| Dr. Maarten Loos

Vaatchirurg
Máxima MC

  EdwinAchterberg   PaulSchreuder    

 

 

Meer informatie

 

KTS Vaatproblematiek

 

De self-check en dit artikel is, in het kader van Kennis Transfer Sportgezondheidszorg*, ontwikkeld door Sportzorg.nl in samenwerking met diverse experts op het gebied van wielrennen/schaatsen. De groep experts bestaat uit sporters, trainers, sportartsen, bewegingswetenschappers, een fysiotherapeut en een cardioloog. Daarnaast zijn belangrijke partijen als KNWU, NTFU, KNSB, NTB, Dopingautoriteit en VeiligheidNL bij de groep betrokken.

* Sporters, begeleiders (zowel sporttechnisch als sportmedisch), wetenschappers en andere experts werken in diverse expertgroepen samen om sporters informatie te geven die gebaseerd is op de laatste wetenschappelijke kennis. Voor diverse onderwerpen/sporten zijn expertgroepen ontwikkeld. De expertgroep vertaalt wetenschappelijke onderzoeksresultaten naar de sportpraktijk. Het doel is de sporter en zijn/haar omgeving te voorzien van begrijpelijke en toegankelijke informatie. De sporter staat bij de KTS-methodiek centraal.

Klik hier voor publicaties (wetenschappelijke artikelen en videofragmenten) over vaatproblematiek